De bedoeling van ondersteuning is dat deze zo lang als nodig kan gebeuren, en tevens zo kort mogelijk. Het is daarom belangrijk om na te gaan in hoeverre de olievlek wordt gemaakt naar de leerkracht en het lerarenteam. Dit schooljaar hanteren we een aantal concretere handvatten om deze flexibele manier van werken samen met de scholen vorm te geven.
Als een ondersteuningsvraag langer dan twee jaar door ONW WBB ondersteund wordt binnen hetzelfde niveau, kunnen we ons de vraag stellen of we ons voldoende misbaar maken en of het effect van de ondersteuning voldoende zichtbaar blijft. Wanneer een ondersteuningsvraag het derde schooljaar ingaat, is het dus zinvol dat de school en de ondersteuner hierover in gesprek gaan. Op die manier kan er worden nagegaan tot waar de olievlek reeds reikt, welke barrières en leervragen er nog zijn en wie er mee ingezet kan worden om deze te verminderen.
Op basis van dit gesprek kan er bijvoorbeeld geopperd worden om de focus van de ondersteuning meer (tot uitsluitend) op leerkrachtniveau te leggen en/of de intensiteit van de ondersteuning te reduceren. Dit kan dan ten voordele van nieuwe aanmeldingen zijn.
Daarnaast is er in sommige scholen een opvallend hoog aantal ondersteuningsvragen ten opzichte van het leerlingenaantal. De oorzaken hiervoor zijn talrijk en verschillend per school, maar hebben een invloed op de ondersteuning. Om een maximaal effect uit de ondersteuning te kunnen halen, of ook om de inzet en efficiëntie van ondersteuning te maximaliseren, beogen we een structurelere aanpak
Als onderdeel van die aanpak, achten we het zinvol om gesprekken op schoolniveau aan te gaan. Het zal waardevol zijn om te kijken waar er mogelijkheden liggen in de partnerschappen samen met CLB en PBD. Met deze partners kunnen we de ruimere schoolcontext in beeld brengen om het breder netwerk van de school doelgericht en afgestemd in te zetten.