Schoolbeeldoverleg en samenwerkingsafspraken 

Schoolbeeldoverleg

In de meeste scholen werden eind vorig schooljaar afspraken gemaakt voor een overleg op school met leerondersteuners, leerondersteuners SLSC467, CLB en zorgverantwoordelijke(n) van de school.    

De ankerondersteuner van LSCWBB stuurt de school een mail, waarin beiden worden geduid.  De mail bevat een (nog niet ingevulde) leidraad, die als basis zal dienen om het schoolbeeldoverleg vorm te geven.  Ook de samenwerkingsafspraken worden met deze mail bezorgd, en worden verder besproken en geconcretiseerd tijdens het overleg.      

De leerondersteuners van het specifiek leersteuncentrum 467 en de CLB-medewerker(s) van de school ontvangen eveneens de begeleidende mail en de voorgestelde documenten. 

Voor alle partijen is het doel en de opdracht dezelfde, namelijk: zoveel mogelijk leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften laten leren en participeren in het regulier onderwijs.  

SLSC467 en LSCWBB delen dezelfde visie op leersteun maar zullen in dagelijkse werking mogelijks verschillen, aangezien ze omgaan met verschillende specifieke onderwijsbehoeften. 

Doelen Schoolbeeldoverleg:


  • Tijdens het overleg bespreken betrokkenen welke prioriteiten er voor het komende schooljaar op schoolniveau in de focus staan; en welke verwachtingen de verschillende partners hebben ten aanzien van deze prioriteiten.    

  • Ter voorbereiding van het overleg maken de leerondersteuners (van LSC WBB en van SLSC) in de leidraad een overzicht van de aangemelde leersteuntrajecten.  Het is niet de bedoeling om de aparte leersteuntrajecten tijdens het schoolbeeldoverleg op casusniveau te bespreken.     

  • We beogen via dit overleg met alle relevante betrokkenen te expliciteren waaraan en hoe we zullen werken.  We plannen tijdens het overleg ook een tweede moment in verder in het schooljaar, waarbij we polsen naar de tussentijdse effecten, en mogelijks afspraken bijstellen.  Het ultieme doel is om via de leersteun duurzame effecten op de klasvloer te bereiken. 

 

Samenwerkingsafspraken: 

De samenwerkingsafspraken expliciteren wat we als leersteuncentrum (zowel LSC WBB als SLSC467) belangrijk vinden in de samenwerking. 

  • CLB-medewerkers worden niet betrokken bij samenwerkingsafspraken tussen school en LSC.  

  •  

  • Tijdens het gesprek over de samenwerkingsafspraken beluisteren we graag wat de scholen belangrijk vinden in functie van een goede samenwerking. 

  •  

  • We concretiseren de samenwerkingsafspraken in een verslag bij het overleg.    

  •  

  • Alle aanwezige partners engageren zich om de onderlinge samenwerking goed op de rails te zetten en te houden. 

Wat na het schoolbeeldoverleg?

Vanuit de besproken prioriteiten worden doelen, planning en intensiteit van leersteuntrajecten voor de brede types geconcretiseerd.    

  • De ankerondersteuners van LSC WBB geven aan de school door binnen welk maximum tijdskader ze in de school leersteun kunnen bieden voor de brede types.    Ze maken ook afspraken over hoe de leersteun binnen het tijdskader verdeeld wordt.  De maximumtijd kan wekelijks ingezet worden, maar kan ook als gemiddelde over verschillende weken gespreid worden (bijvoorbeeld gemiddeld een halve dag om de twee weken, of 1 dag per maand, afhankelijk van wat nodig is om de doelen te bereiken).     

  • Het beschikbare tijdskader wordt afgeleid vanuit de middelen die het LSC genereert voor leersteun in haar scholen, de beschikbare personeelsinzet van LSC WBB, en de leersteuntrajecten.    

  •  

  • Het kader beoogt houvast te bieden voor zowel de school als leerondersteuners over de (gemiddelde) beschikbaarheid in tijd om aan de geprioriteerde doelen te werken.  Wanneer doelen bereikt zijn, dan ontstaat er ruimte: om nieuwe leersteuntrajecten op te nemen, om af te bouwen, of om de intensiteit ifv bepaalde doelen te verhogen (steeds binnen het beschikbare tijdskader).    

  • We streven na dat leerondersteuners efficiënt op de scholen aanwezig zijn binnen de doorgegeven tijdskaders.  Dit betekent enerzijds dat ondersteuners hun inzet waar mogelijk groeperen en dat ze het aantal scholen waar ze op 1 dag komen beperken (tot maximum 2 per dag).   

  •  

  • Dit betekent ook dat het aantal verschillende leerondersteuners dat effectief op één school komt, beperkt wordt.  Elke leerondersteuner blijft wel in de mogelijkheid om beroep te doen op de multidisciplinaire deskundigheid binnen het leersteuncentrum.  Concreet: wanneer een leerondersteuner niet over de nodige deskundigheid beschikt om een bepaalde leersteunvraag te beantwoorden, dan kan die beroep doen op expertise van collega’s die input geven, die dan verder meegenomen wordt naar de school.    

  •  

Door de gesloten omkaderingsenveloppe die de overheid voor leersteun brede types heeft voorzien, en door de grote druk en de vele uitdagingen op scholen, beseffen we dat het beschikbare aanbod vaak (te) beperkt zal zijn.    

We beogen binnen het aangegeven tijdskader per school, wel samen een goede en haalbare invulling te geven (via prioriteren, faseren en clusteren).  En we stellen voorop dat de invulling die er is, zo kwaliteitsvol en zo effectief mogelijk kan zijn: met effect op leerlingen én leerkrachten en schoolteams.    

 

Voor de kleine types (2-4-6-7) voorziet de overheid een ander omkaderingsmechanisme (binnen een ‘open enveloppe’).  De intensiteit van de trajecten voor leersteun van de kleine types, valt dus niet binnen het kader dat de ankerondersteuner per school zal doorgeven.    

Accessibility Toolbar